De bedoeling van de woningcorporatie (en de zwalkende overheid)
11-03-2021Het is verkiezingstijd en bij veel politieke partijen is de roep om meer “volkshuisvesting” te lezen in de programma’s. Er is een schreeuwend woningtekort, er moeten meer betaalbare huizen worden gebouwd en betaalbaarheid en duurzaamheid zijn belangrijke thema’s voor de toekomst. Een aantal partijen morrelt ook aan de verhuurdersheffing. Dat alles staat in schril contrast met de uitspraak van Stef Blok (de laatste minister van Wonen en onlangs nog bekend van het “blauwe Brexit-monster”) in 2017, dat “de woningmarkt als een zonnetje draait”. Terwijl we nu met het “woningmarkt monster” te maken hebben.
Er lijkt dus een herwaardering van de rol van de woningcorporatie vanuit de politiek aan te komen (al moeten we de kabinetsformatie nog afwachten). En dat zou positief nieuws betekenen voor de financiële mogelijkheden van corporaties op langere termijn. Gaan de woningcorporaties dit oppakken? Dit vraagt om woningcorporaties die vanuit een sterke maatschappelijke visie willen ondernemen. Mijn indruk is dat met de invoering van de nieuwe woningwet in 2015, voor veel corporaties het voldoen aan alle regelgeving, administratieve verplichtingen en verantwoording zo veel tijd en energie is gaan vergen, dat hiermee de ondernemende rol naar de achtergrond is verdwenen.